Troebel water: raadsonderzoek naar Almere Oosterwold
Oosterwold is een uniek project in Nederland. Een project dat tot stand kwam vanuit de principes van organische gebiedsontwikkeling: niet langer bepaalt de overheid tot in detail hoe het gebied wordt ontwikkeld, maar inwoners en bedrijven mogen zelf bepalen hoe zij Oosterwold willen inrichten en gebruiken. Dit geldt niet alleen voor het bouwen van woningen, maar ook voor duurzame energie en de verwerking van afvalwater. Normaliter vindt dit laatste plaats via een centrale riolering. In Oosterwold is er echter voor gekozen om initiatiefnemers zelf hun afvalwaterverwerking te laten installeren.
Die keuze voor een alternatieve afvalwaterverwerking blijkt echter complexe gevolgen te hebben. De gemeente heeft namelijk ook verplichtingen als het gaat om de inzameling en transport van afvalwater. Die staan op gespannen voet met het beleggen van die verantwoordelijkheid bij inwoners. Na verschillende juridische adviezen werd in 2022 de conclusie getrokken dat de gemeente niets anders kan doen dan alsnog riolering aanleggen.
Aanpak
In opdracht van de raad onderzochten wij waarom er tot 2023 is vastgehouden aan het gekozen systeem van afvalwaterzuivering en welke rol verschillende betrokkenen daarbij speelden. Op basis van honderden documenten en tientallen gesprekken stelden wij een feitenrelaas van de periode 2008 tot 2023 op langs drie lijnen: juridisch, politiek-bestuurlijk en inhoudelijk (ontwikkelingen op het gebied van afvalwaterverwerking). Op die manier maakten we voor de raad inzichtelijk wanneer welke besluiten zijn genomen en door wie, welke afwegingen daaraan ten grondslag lagen en waarom de ontwikkelfilosofie achter Oosterwold zo bepalend was voor de uitkomst van dit dossier.
In de kern komen raadsonderzoeken vrijwel altijd neer op één belangrijke vraag: wie wist wat wanneer? Hierachter gaan vragen schuil die samenhangen met rollen en verantwoordelijkheden, met kaders en regels én met contextuele factoren. Denk aan economische omstandigheden en herziene ambities. Die vragen doen recht aan wat vaak het doel is van dergelijke onderzoeken, namelijk: het trekken van lessen voor de toekomst.”
Robert Klaassen, onderzoeker en adviseur bij Necker
De resultaten
Na de analyse van het feitenrelaas concludeerden we dat de filosofie achter organische gebiedsontwikkeling door betrokkenen is omarmd en bewust leidend is gebleven bij de ontwikkeling van Oosterwold. De complexe governance van het project leidde echter tot vertraagd handelen. Doordat tussentijdse resultaten ruimte boden om aan de ontwikkelfilosofie en complexe governance vast te houden, is er niet eerder ingegrepen in het project en zijn eerdere lessen onvoldoende opgepakt. De raad was bovendien weinig kritisch op de ontwikkelfilosofie, ook wanneer daar wel aanleiding voor was.
In aanvulling op de conclusies bevolen we aan om de lessen uit Almere Oosterwold mee te nemen in toekomstige projecten. We lichten hier drie lessen uit die ook voor projecten in andere gemeenten relevant zijn:
-
1
Heldere rol- en taakverdeling
Wees in de samenwerking bij een project helder over de onderlinge rol- en taakverdeling, verantwoordelijkheden en de verschillende belangen die daaruit volgen. Leg die belangen ook expliciet op tafel, zeker als die verschillend zijn, en bespreek hoe je daarmee omgaat. Bevraag elkaar periodiek om na te gaan of verondersteld draagvlak daadwerkelijk aanwezig is. -
2
Periodieke informatievoorziening
Wanneer tussentijds risico’s worden gesignaleerd, is het beter om hier proactief over te informeren dan om te wachten totdat er een handelingsperspectief is uitgedacht. Periodieke informatievoorziening aan de raad is belangrijk, wees dus niet bang om tegenvallers te delen. -
3
Uitgedachte risicobeheersing
Zorg dat de risicobeheersing vanaf het begin van een project goed is uitgedacht, waarbij er wordt gewerkt met duidelijke definities, de mogelijke gevolgen en bijbehorende beheersmaatregelen (hoe lossen we dit risico op?).